Ik had me plotseling gerealiseerd dat helemaal niemand weet dat ik hier woon! Dat is fantastisch!! Als ik hier weg kan komen zonder sporen achter te laten ben ik vrij!! En rijk!!
Twee weken geleden was ik ingegaan op een advertentie op het prikbord van de Albert Heijn waarin een zekere Wilfried een huis per direct te huur aanbood.
Ik had het nummer gedraaid dat erbij stond en de man aan de andere kant van de lijn had gezegd dat ik er in kon wanneer ik wilde en dat de sleutel in de groene brievenbus lag, die open was. Hij had gezegd dat de huur nu inging en dat hij dat later wel met me zou regelen. “Ik duik effe onder”, had hij gezegd. Ik dacht toen dat hij vakantie bedoelde maar begon daar nu aan te twijfelen.
Hij had de indruk gewekt dat hij zich helemaal niet bezorgd maakte of ik de huur wel zou betalen. “Ik weet tenslotte waar je woont Edward”, had hij er onheilspellend aan toegevoegd. Om een of andere reden had ik mijn naam niet gecorrigeerd.
In de veertien dagen dat ik in het huis zat had ik alleen maar gewerkt. s’Morgens vertrok ik in het donker en als ik ’s avonds terug kwam was het weer donker. In de weekenden bleef ik meestal binnen.
Ik wilde zo vlak na mijn scheiding even helemaal alleen zijn en had nog niemand verteld waar ik uithing. Ik had ook mijn postadres nog niet veranderd en mijn vaste computer en veel andere spullen stonden nog opgeslagen in een box bij het verhuisbedrijf.
Als ik erin slaag om mijn identiteit geheim te houden ga ik ervan door met bijna een half miljoen!!!!
Ik kijk eerst goed rond of er geen vreemde voertuigen in de omgeving van het huis staan. Vannacht zullen ze terug komen dat weet ik zeker!
Ik rijd mijn auto een paar straten verderop naar een parkeerplaats en parkeer hem daar onopvallend tussen de andere auto’s. Ik trek de beschermhoes er overheen.
Ik kijk goed rond of ik niet gevolgd word of dat er iemand in de buurt van mijn huis staat. Niemand te zien. Ik voel een aandrang om te vluchten, zonder geld, en om nooit meer in de buurt van dit huis terug te komen. Maar een hogere macht dwingt mij om door te gaan met waar ik mee bezig ben.
In het huis controleer ik eerst of alles afgesloten is, of alle dievenklauwen voor de ramen en de grendels voor de deuren zitten.
Terwijl ik dat doe begin ik ineens over mijn hele lijf te trillen. Ik kan één van de grendels bijna niet voor de achterdeur krijgen omdat mijn hand niet mee wil werken.
Na vijf minuten lukt het me dan eindelijk de plotseling opgekomen paniek te onderdrukken en schiet de grendel eruit. Mijn god waar ben ik aan begonnen!
Ik weet dat ze eraan komen en dat ze dit keer veel geweld gaan gebruiken. Ik moet dus maken dat ik wegkom en wel zo snel mogelijk. Maar ik moet eerst mijn sporen uitwissen.
Ik grijp mijn mobiel, reserveer een kamer in een hotel in een andere stad en bestel een taxi die me over een uur op een adres twee straten verderop moet komen ophalen.
Eerst verzamel ik alle papieren en boeken in het huis waar mijn naam, adres of telefoonnumer op voorkomen. Ik zoek alle jassen en broeken af op papieren. Gelukkig heb ik mijn laptop op mijn werk in de kluis gelegd.
Mijn paspoort en nog wat andere papieren doe ik snel in een rugzakje dat om mijn nek hangt. Daar zitten ook mijn portemonnee, rijbewijs en mobiele telefoon in.
Gelukkig hebben de inbrekers de vorige keer alleen naar een pakket gezocht. Alles wat ik niet mee kan nemen gooi ik in de open haard die ik speciaal voor dit doel aangemaakt heb. Het vuur laait hoog op.
Ik heb de gordijnen dichtgetrokken, zodat niemand kan zien wat ik aan het doen ben.
Dan verschuif ik het tafeltje en het vloerkleed en open het luik naar de kelder. Ik blijf even doodstil op de rand zitten en luister of ik iets vreemds hoor. Niets.
Er is geen lamp in de kelder maar ik kan genoeg zien bij het licht dat door het luik naar beneden valt.
Sinds ik hier woon heb ik hier eigenlijk nog nooit echt goed rondgekeken. Op het eerste gezicht staan er buiten de houten rekken alleen maar wat oud gereedschap en een doos met papieren.
Die doos gooi ik om en begin de papieren als een waanzinnige te doorzoeken. Af en toe houd ik stil en spits mijn oren als ik denk dat ik boven iets hoor. Ik vind niets met mijn naam erop. De papieren zijn allemaal gericht aan mijn huurbaas. Een paar formulieren die me interessant lijken neem ik mee.
Ik laad het geld uit de brandkast over in het rugzakje, hang het op mijn rug en luister nog een keer onbeweeglijk.
Plotseling begint mijn hart als een razende tekeer te gaan. Het lijkt wel of de zuigers van een zware motor in mijn lichaam aan het stampen zijn. Het zweet breekt me uit. Er wordt heel hard op de voordeur gebonkt. Jezus!
Het voelt alsof ik de slagen tegen mijn hoofd krijg. Ik blijf helemaal verlamd naar het verlichtte gat staan kijken. Bij elke dreun verspringt het beeld iets. Ik kan geen spier bewegen. Alles lijkt vertraagd binnen te komen. Bonk……..….bonk………….bonk.
Even zie ik allemaal beelden van vroeger voorbij komen mijn leven trekt aan me voorbij, maar gewekt door het helse kabaal van de slagen op de zware voordeur overwint mijn overlevingsinstinct het van mijn verlamming.
Vlug laat ik het luik een stuk naar beneden zakken, ik trek het tafeltje met het kleedje er zo goed als het kan overheen en trek dan het luik helemaal dicht. Uiteindelijk zullen ze me vinden.
Wat gaan ze dan met me doen?
Ze pakken het geld en nemen wraak op mij. Zo zal het gaan. Ze zullen me het zwijgen opleggen omdat ik hun gezichten zal zien en omdat ze er zin in hebben! Ik huiver en voel kippenvel op mijn armen komen. Gelukkig kan ik het luik van binnenuit afsluiten met twee grendels. Hoeveel vertraging zal dat opleveren?
Ik zie nu een beetje licht door een kiertje schijnen. Er hangt een zaklamp vlakbij het luik. Die pak ik vast om me eventueel mee te kunnen verdedigen en om in de kelder naar iets stevigers te zoeken dat ik als wapen kan gebruiken.
Met een knal wordt de voordeur tegen de gangmuur gebeukt. Ze zijn binnen! Ik sta te trillen op mijn benen. Ik denk aan mijn familie en vrienden en zou willen dat ze bij me waren. Ik hoor minstens vier personen de gang in rennen. Ze verwachten schijnbaar niemand met een wapen.
Maar de lichten zijn aan en alle deuren en ramen zijn vergrendeld! Zelfs het vuur in de open haard brandt! Ze weten dus dat er iemand binnen is! Het zweet stroomt over mijn gezicht en ondanks dat ik me niet verroer krijg ik niet voldoende zuurstof binnen. Ik hijg alsof ik hard gelopen heb.
Ik voel me opeens heel klein. Ik sta hier in een donkere kelder van een vreemd huis en ik word met de dood bedreigt door een groep agressieve mannen met waarschijnlijk een hele criminele organisatie achter zich.
Enkele weken geleden woonde ik nog samen met mijn prachtige vrouw en had geweldige toekomstverwachtingen. We zouden samen een mooie reis gaan maken naar Azië.
Maar later bleek dat ze die reis toen al in haar gedachten maakte met haar huidige liefde.
Was er maar iemand die me nu kon troosten, iemand die een arm om me heen zou slaan en die tegen me zou fluisteren “het komt wel goed Eric, het komt wel goed”.
Maar ik sta hier door mijn mond te ademen om geen geluid te maken en om te kunnen horen wat ze boven aan het doen zijn. Mijn keel is droog. Er hangt veel stof in de ruimte. Ik ben bang dat ik moet hoesten. Ik voel me zo alleen.
Een van de mannen maant de anderen tot stilte. Ik houd op met ademen. Hoeveel minuten we daar zo staan weet ik niet, maar voor mij lijkt het een eeuwigheid. Ik adem voorzichtig diep in en langzaam en geluidloos weer uit.
Ineens vraag ik me af “zou er eigenlijk een kelderraampje zijn”, maar ik durf de zaklamp nog niet aan te knippen. Misschien ligt er wel iemand met zijn oor op de vloer recht boven me.
Op datzelfde moment gaat plotseling mijn mobiele telefoon af! Het klinkt oorverdovend. Degene die mij nu belt tekent mijn doodvonnis! Ik begin als een gek met de zaklamp op mijn broekzak te slaan maar het helpt niet. Ik moet de telefoon uit mijn zak halen om hem uit te zetten. Het geluid moet nu tot op de zolder te horen zijn.
Ineens hoor ik rumoer boven. Het tafeltje en het stoeltje worden aan de kant gegooid en iemand begint op het luik te beuken. Ik onderdruk de neiging om het alrmnummer van de politie te bellen, ik weet dat dat geen zin heeft, ze zullen me altijd weten te vinden.
Ik knip de zaklamp aan en kijk rond of er ergens een raampje is waardoor ik zou kunnen ontsnappen.
Ze zullen geen medelijden met me hebben. Ik vraag me af hoe het is om door 4 woedende mannen in elkaar gebeukt te worden.
Wie weet hoort niemand van mijn familie en vrienden nog ooit iets van me! Ze begraven me hier in deze kelder.
“Je moet verdomme je hoofd koel houden anders kun je beter meteen die grendels van het luik wegtrekken” klinkt het ineens in mijn hoofd!Ik moet ineens aan mijn vader denken!
Ik vat weer wat moed en kom langzaam in actie. Ik schijn met de zaklamp in het rond maar zie nergens een raampje. Fuck!
Ik gooi alle rekken om en zie ineens scharnieren! Ze zijn bijna onzichtbaar, witgekalkt en er zit een luik aan dat ook helemaal witgekalkt is!
Een luik dat vroeger waarschijnlijk gediend heeft als kolenluik. Er wordt nu met voorhamers of bijlen op het kelderluik ingehakt. In de lichtstralen die door de steeds groter wordende opening vallen zie ik de splinters en stukken hout wegspringen.
Zouden ze me nu kunnen zien? Nee de kelder is nog grotendeels gehuld in duisternis.
Ik ruk met al mijn kracht aan de metalen ring van het kolenluik maar het zit waarschijnlijk al 50 jaar dicht en ik krijg er geen beweging in. De ring snijdt in mijn hand.
Het kelderluik is nu al doormidden gebroken. “Wacht jij maar godverdommese smeerlap, ik sla je kapot!” klinkt een brute stem. Het lijkt alsof ik zijn adem in mijn nek voel.
Ik pak een oude bezem vol spinrag en steek de steel door de ring en ruk als een gek met beide handen aan het hout. Ineens geeft het luik mee en ik duw het naar boven. In het schijnsel van de zaklamp zie ik een paal die ik eronder kan zetten zodat het omhoog blijft staan.
Ik klim snel met behulp van de bezemsteel tegen de brede helling op waar vroeger de kolen naar beneden werden gelaten. Het is glad van het mos dat er rijkelijk op groeit.
Met mijn hoofd net boven de rand uit zie ik op ongeveer 10 meter afstand een rokende man bij een zwart busje staan. Hij slentert mijn kant op. Op het moment dat hij zich omdraait en aan de terugweg begint hoor ik hoe het kelderluik kraakt onder het geweld van een voorhamer of een koevoet.
Ik spring omhoog en hoor juist hoe het luik in tweeen breekt en zie hoe de hele kelder verlicht wordt. Ik stoot met de bezemsteel de paal onder het kolenluik uit en bestijg snel een paar betonnen treden zodat ik ineens op straat sta. Ik zie de man van het busje wegrennen in de richting van de voordeur. Dan knalt het kolenluik dicht. Het geluid galmt nog na in de stille avond.
Ik zet het op een rennen, weg van het huis. Achter mij hoor ik uit het alweer geopende kolenluik schreeuwen:”John hij komt jouw kant op, boven op straat, nee niet de voordeur eikel, zijkant!”
Ik sprint alsof mijn leven ervan af hangt, en waarschijnlijk doet het dat ook. Ik voel energie voor honderd man! Ik ben daarnet aan de dood ontsnapt!
Een paar minuten later bereik ik de plek waar de taxi al staat te wachten. Ik heb geen achtervolgers gezien en geen auto’s gehoord. Snel geef ik instructies aan de chauffeur en zeg dat ik erg veel haast heb. We scheuren weg in de richting van de naburige stad waar ik het hotel heb geboekt. Inwendig juich ik. Dank je wel god! Als ik nog eens in een kerk kom zal ik een kaarsje opsteken dat zweer ik u! Fluister ik.
Ik laat me afzetten bij het centraal station. Ik betaal de chauffeur met mijn eigen geld en ren naar binnen. Ik houd de taxi in het oog en als die weggereden is wandel ik in ongeveer een uur naar het centrum. Onderweg heb ik tijd om alles even op een rijtje te zetten.
Mijn vermoeden dat de geldkoerier het pakket in de verkeerde straat op het goede nummer gedeponeerd heeft klopt waarschijnlijk niet. Het huis aan de parallellstraat met “Oude” ervoor en met hetzelfde huisnummer is ook zo’n zelfde huis als het mijne, maar dan waar een gezinnetje met twee kleine kinderen woont. Er blijft dus waarschijnlijk maar één andere verklaring over. Het pakket is goed bezorgd. De vorige bewoner van mijn huis moet de begunstigde zijn geweest. En ze moeten erachter zijn gekomen dat hij er niet meer woont!
De vorige bewoner is mijn huisbaas! Die man die “ effe onder moest duiken!” Heeft hij daarom zijn huis verhuurd? Om mij de klappen op te laten vangen?
In de stad aangekomen loop ik het winkelcentrum in, het is koopavond, dat is een geluk! Ik koop een paar schoenen, een jas en een muts. Ik doe de nieuwe kleren aan en trek de muts over mijn oren. Mijn nog zo goed als nieuwe sportschoenen gooi ik in een papierbak. De rugzak doe ik in de plastic tas waar de schoenendoos in heeft gezeten.
In mijn nieuwe outfit loop ik een drukke winkel in die een achteruitgang heeft naar de parallelweg. Tegenover de uitgang blijf ik even staan wachten om te kijken of ik gevolgd word. Na tien minuten is er niemand uitgekomen die opvallend zoekend rond heeft gekeken.
Dan neem ik iets verderop opnieuw een taxi en laat me tot op ongeveer vijfhonderd meter van het hotel afzetten. Ik pin € 400 bij een bank en wandel het laatste stuk naar het hotel. Daar check ik in op de gereserveerde kamer onder de naam Edward Driessen. Ik hoeft mij niet te legitimeren, ik betaal vooruit en contant.
Het allerbelangrijkste is dat de criminelen mijn identiteit niet kennen. Ze hebben me niet gezien en ik heb alles dat naar me verwijst opgestookt of meegenomen. Is er nog iets? Ik woon nu veertien dagen in het huis. Ik heb nog niet met de buren gesproken. Niemand daar weet mijn naam. Ik heb niemand verder nog op de hoogte gebracht van mijn nieuwe adres na de scheiding.
Op de kamer aangekomen hang ik het bordje met Don’t disturb aan de klink, sluit de deur af en breng de veiligheidsbeugel aan. Ik plaats een stoel schuin met de leuning onder de klink van de deur. Daarna sluit ik het raam.
Ik haal alle flesjes drank uit de minibar en zet ze op het nachtkastje. Ik ga wijdbeens op het tweepersoons bed liggen en drink ze rustig allemaal leeg. Dan val ik uitgeput in een diepe slaap.
Volgend weekend het bloedstollende slot.
Wil je mijn spannende verhalen elke week lezen? Volg me dan! Klik linksonderaan deze pagina op de knop en vul je emailadres in! I love it! Eric
20 Reacties
Heer Edward slaapt, maar ik doe straks geen oog dicht….. nog steeds niet wetend hoe het afloopt 🙁
Haha Anita, dat vat ik op als een compliment! Dank je!
Spannend !!!
Dank je wel Melanie!
Dank je wel Melany!
topspanning, ik heb genoten!
________________________________
zo dan dat zindert……. zat al ff op t vervolg te wachten, ( dat heb ik niet snel dus dat zegt wel wat *glimlach*) ….
Tja en nu begint dat wachtgedoe weer…. niet zo handig voor een ongeduldig en opgewonden standje als ondergetekende *grinnik*
Haha, ik lig hier met een kater in het hotel! Melody! (om begrijpelijke redenen zeg ik hier natuurlijk niet welk hotel!) Als er weer iets gebeurt vertel ik het je!
Wel laat om zo’n spannend stuk te lezen. Nog eens wat anders dan een receppie.
Spannend..!! Na deel 1 had ik willen schrijven dat ik hoopte dat er enkel nog een deel 2 zou volgen. Een week wachten op nog een volgend deel …. kwas zo benieuwd hoe dit af zou lopen. Nu dus nog weer wachten, maar lees ik dat er met deel 3 dan toch een BLOEDSTOLLEND slot in zicht is. Heel benieuwd.!!
Ja potverdriedubbeltjes…een WEEK zei je en dan plaats je het vervolg gewoon eerder!
Het is echter duizelingwekkend spannend, dus het zei je vergeven 😉
Voor de duidelijkheid; volgend weekend is dat 3-4 december of 10-11 december; dat ik het even goed in mijn agenda kan noteren….
Haha dank je Patty, die druk die je me op legt doet me goed!
Fijn dat je blij bent…en wanneer komt dan nu het vervolg? 😛
Zozo meneer Driessen (ook al zo’n bekende naam☺). Op het slechte pad!
Had me even geroepen. Voor zoveel geld wilde ik wel meedoen. ☻
Good posts. Beautiful blog. Congratulations. Welcome see my creations on: http://paintdigi.WordPress.com
Thanks paintdigi!! Your pictures especially those of Nort Amerca are unbeleavably beautiful!
You’r welcome, my friend 🙂
Mag ik dan nu gebruik maken van het aanbod van de preview, dat je vorige week beloofde en niet stuurde ?
Zal het er nog lekker inwrijven, hihi
Als wraak kan je het ook niet doen en dit ongeduldig mens tig keer geduld laten hebben…Hoe dan ook het is het vast waard…hoop ik dan toch…
Werkt het?
Nu ben ik heel benieuwd naar het bloedstollende slot… laat maar komen 😉
Eric schrijf eens door, ik wil weten hoe het afloopt……